Woordje van de pastoor 8
Eenheid in verscheidenheid
11e van de 11e . De carnaval is begonnen! Of zoals ik het feest persoonlijk het liefste noem: de vastelaovend. In alle drie de parochies was er een mooie opening van het seizoen, ieder op een eigen en unieke manier.
In Siebengewald begon het op zaterdag 11 november met een St. Maartensviering in de kerk. Na afloop met de gezinnen naar de Klaproos, waar dan de bekendmaking plaatsvond van het nieuwe motto van de Bessembienders: ‘let the games begin’. Dat belooft een sportief jaar te worden!
In Bergen was een gezellige avond in D’n Asseldonk (tot in de kleine uurtjes) waar het Prinsenbal plaatsvond van zowel de jeugd als de grote prins. Bij de Belhamels zijn Willem en Fleur het jeugdprinsenpaar en bij de Erdmennekes mag Lars de scepter zwaaien samen met zijn prinses Amber.
In Afferden was er op zondagmiddag een ‘lach en luuster’evenment, een soort van pronkzitting. Een carnavalesk programma met fanfare Helpt Elkander, een Limburgse en Brabantse buuttereedner, acts van eigen bodem en als slotact Pruuf Mar.
Tot slot was er nog op maandagavond nog de H. Mis in de kapel van Aijen bij gelegenheid van de Openingsmis van de Sukerpinnen en de Bietjes; mooi om deze traditie in stand te houden om het seizoen
bezinnend te beginnen.
Deze wat uitgebreide verslaglegging van de activiteiten, waar ik overigens allemaal getuige van ben geweest, doe ik niet voor niks. Vastelaovend zou moeten zijn: eenheid in verscheidenheid. Het is belangrijk en mooi om te zien dat ieder dorp een eigen en uniek karakter heeft. Maar in Afferden zag je ook op de zondagmiddag hulp van de fanfare van Bergen, net zoals de fanfare van Afferden, Bergen had uitgeholpen met het Oktoberfest in
Bergen. Verschillend mogen zijn, maar toch één zijn en elkaar helpen in het uitdragen in binding en saamhorigheid.
Vastelaovend laat iets zien van wat het leven zou moeten zijn. Dat is in geloof net zo! We zijn allemaal verschillend en uniek maar toch zijn we één. We hebben één God die we Vader noemen en dat maakt dat wij ‘kinderen’ mogen zijn. En als kinderen van dezelfde Vader durven we elkaar aan te kijken en te beseffen dat we allemaal als broeders en zusters zijn.
Hoe gaan we met elkaar om? Waar kunnen we groeien in uniekheid én verbondenheid? Laten we God niet vergeten die ons telkens weer opnieuw uitnodigt om ons hart te openen om te kunnen groeien en laten we Jezus niet vergeten die in de bijbelverhalen laat zien hoe we het beste met elkaar kunnen omgaan.
Pastoor Rick Blom.